24 september 2020

BMW 330e en 3-serie Touring

Door Ewoud Hallebeek

Vorig jaar oktober introduceerde BMW de zevende generatie 3-serie, waarbij de plug-in-hybrid- en de station-uitvoeringen al meteen werden aangekondigd. Wanneer die het daglicht zouden zien, lieten de Duitsers echter in het midden. Tot nu. Op 16 juli werden in München de 330e Sedan en de 3 Touring aan de internationale vakpers voorgesteld. Advocatie was aanwezig en deed de eerste rijervaringen op.

In navolging van de 5- en de 7-serie staat de nieuwe 3 ook op het CLAR (Cluster Architecture) platform. Dat levert een in alle richtingen grotere auto op, waar de inzittenden volop van profiteren (meer schouder- en hoofdruimte voorin, meer beenruimte achterin). Bittere noodzaak, want de 3-serie stond bepaald niet bekend om zijn balzaal-achtige interieur. Daarvan is nu nog steeds geen sprake, maar het gaat in ieder geval richting ‘marktconform’. Het onderstel is aangepakt voor een zowel comfortabeler als sportiever weggedrag (de Nederlander Jos van As is daarvoor verantwoordelijk), het dashboard is voortaan – op de instapper na – volledig digitaal. Optioneel is de Live Cockpit Professional, met een 10,25 inch beeldscherm achter het stuurwiel en een 12,3 inch touch screen in de middenconsole. De standaarduitrusting werd uitgebreid (waaronder LED-verlichting en een 360 graden-dashcam) en vanzelfsprekend zijn de modernste veiligheidssystemen en rij-assistenten beschikbaar, al dan niet tegen meerprijs. Concurrenten: Mercedes C, Audi A4, Volvo S60, Alfa Romeo Giulia, Jaguar XE en Tesla Model 3.

Touring
De (in onze optiek: prachtige) Touring is verkrijgbaar met dezelfde motoren als de sedan. Dat betekent drie diesels en drie benzines, waarvan alleen de top-uitvoeringen drieliter zescilinders zijn. De rest moet het doen met 2.0 viercilinder turbo’s. De benzine-instapper is de 320i (184 pk), gevolgd door de 330i (258 pk). Top-benzine is de 374 pk-sterke zes-in-lijn M340i (0-100 km/u in 4,5 sec, 250 km/u). Ook de diesels beginnen met twee 2.0 turbo-viercilinders (de 318d met 150 pk en de 320d met 190 pk), waarbij de 330d (3.0 zes-in-lijn, 265 pk) dienst doet als vaandeldrager. Overigens schijnt er ook een M3 Touring in de pijplijn te zitten, maar daarover hult BMW zich nog in stilzwijgen. De 318d en de 320i hebben een handgeschakelde zesversnellingsbak, de rest een achttraps Steptronic automaat. Achterwielaandrijving is standaard, op de zescilinders is xDrive vierwielaandrijving een optie.

BMW heeft er veel aan gedaan om het gebruiksgemak van de nieuwe lifestyle-combi te vergroten. En dan met name de kofferruimte, want daar draait het natuurlijk grotendeels om. De tildrempel is lager, de opening is breder en het laadvermogen groeide naar 500 liter. Met neergeklapte achterbank heeft u 1.510 liter tot uw beschikking; exact evenveel als een Audi A4 Avant en een Mercedes-Benz C-klasse Estate. In dit verband mogen de standaard elektrische achterklep en het optionele bagageruimte-pack (met elektrisch neerklapbare achterbank en automatisch uit de vloer verrijzende antislip-rails) niet onvermeld blijven. Als vanouds kan de achterruit, net als bij de 5-serie Touring, separaat worden geopend. Om het rijplezier naar een nog hoger niveau te tillen, is de nieuwe 3-Touring lichter en stijver dan zijn voorganger en bovendien gezegend met een 50-50% gewichtsverdeling en een 10 mm lager zwaartepunt. Sportievere bestuurders kunnen daarnaast kiezen voor het verlaagde (10 mm) of adaptieve M-onderstel, M-remmen en -besturing, plus een (elektronisch) M-sportdifferentieel. Alle Tourings hebben af-fabriek dakrails en een in drie delen neerklapbare achterbank.

Wij reden de 330d xDrive Touring (0-100 in 5,4 sec, 250 km/u) en genoten van de doorwrochtheid van het geheel. De zescilinder diesel is en blijft een absolute heerlijkheid (het blok behoort al jaren tot onze persoonlijke favorieten), met karrenvrachten koppel en vermogen. Het interieur is ‘typisch BMW’ (u mag het ook saai noemen) en opvallend stil. Het dikke stuurwiel ligt perfect in de hand en op de zitpositie, de afwerking en de gebruikte materialen valt niets af te dingen. Voeg daarbij een stevig, maar toch comfortabel weggedrag en het moge duidelijk zijn dat we hier te maken hebben met uiterst begerenswaardige automobiel. Hooguit zouden we kunnen zeggen dat BMW wel érg op safe heeft gespeeld met het design, maar dat is een kwestie van smaak. Qua rijplezier is er echter geen discussie mogelijk: dat staat nog altijd op eenzame hoogte.

De nieuwe BMW 3-serie Touring, die eind september zijn opwachting in de showrooms maakt, is leverbaar vanaf € 50.742. Dat is fors meer dan de instapversies van de A4 Avant en de C Estate, maar bij wijze van introductie-actie krijgt u voor dat bedrag de 258 pk-sterke 330i en dan liggen de kaarten ineens weer heel anders. Voor zo lang het duurt, want over niet al te lange tijd geldt die prijs uitsluitend nog voor de 320i en wordt de 330i een paar duizend euro duurder. Het is maar dat u het weet.

330e
De technische basis van de plug-in-hybride 330e bleef grotendeels ongewijzigd. Dat betekent dat we  onder de motorkap nog altijd de 184 pk-sterke 2.0 viercilinder turbo benzinemotor uit de 320i terugvinden. Boven de achterwielen bevindt zich een 68 pk elektromotor, met een 12 kWh lithium-ion accu onder de achterbank. Dat zorgt niet alleen voor een ruim 100 liter kleinere kofferruimte dan een reguliere ’3’, maar  ook voor een gecombineerd vermogen van 252 pk (0-100 km/u in 6,0 sec). Een achttraps Steptronic automaat is standaard. Als eerste BMW is de 330e voorzien van de zogeheten XtraBoost-functie, waarmee het vermogen kortstondig naar 292 pk wordt getild. Formule 1-liefhebbers zullen het echter, denken wij, al snel over de ‘party modus’ hebben.

De achterwielaangedreven 330e kan 60 km volledig elektrisch rijden (50% meer dan zijn voorganger), met een maximum vaart van 140 km/u. Opladen aan een huis-, tuin- en keukenstopcontact neemt zo’n 5 uur in beslag. Komt de stroom uit een ‘echte’ laadpaal (of uit een wallbox bij u thuis of op kantoor), dan kunt u die tijd halveren. Prettig kort (en een logisch gevolg van de kleine accu, maar dat terzijde), maar omdat wachten per definitie een onaangename bezigheid is, toont het navigatiesysteem u ook een lijst met hotels, restaurants, cafés en bezienswaardigheden in de directe omgeving van het laadpunt. Het nuttige met het aangename verenigen, noemen we dat. Onder dat kopje scharen we ook de standaard standkachel. Geloof ons: daarvan gaat u in de winter heel veel plezier beleven.

In de praktijk gaat het overschakelen van elektrisch naar benzine volkomen aan je voorbij. Sterker nog, uitsluitend aan de hand van de graphics op de boordcomputer konden wij de overgang vaststellen. Voor de rest rijdt de 330e als een gewone 3 sedan. Van het extra gewicht (de 330e is 290 kg zwaarder dan de 320i) merk je onder normale omstandigheden niets en dat mag u als een groot compliment opvatten. Ondanks de drukte op de Autobahn rond München, tikten wij moeiteloos de 220 km/u aan. Dat zegt niet alleen iets over de sprintkracht van de 330e, maar doet ook vermoeden dat de opgegeven topsnelheid van 230 km/u er daadwerkelijk inzit. Een heerlijke auto, zowel voor de milieubewuste consument, als voor de ware petrol head.

De BMW 330e is verkrijgbaar vanaf € 53.697. Tot 31 december van dit jaar krijgt u hem als Edition-uitvoering, met ruim 7 mille aan gratis extra’s. Volgend jaar wordt ook de Touring als 330e leverbaar, maar daarvan is de prijs nog niet bekend.

(Dit artikel verscheen eerder op Advocatie.nl)