30 april 2025

Peugeot 207 CC

Door Ewoud Hallebeek

De Peugeot 206 CC was een van de grondleggers van het succes van de cabrio-met-vast-dak-formule. En succesvol bovendien: met een aandeel van elf procent in het populaire B-segment was het de meest verkochte auto in zijn klasse. Met opvolger 207 CC denkt Peugeot dat aandeel verder uit te breiden.

Een beetje teleurstellend is het wel: de 207 CC ziet er gelikt uit, maar je moet een behoorlijke kenner zijn om direct het verschil met zijn voorganger te spotten. Als je beide naast elkaar zet, zie je dat geen centimeter plaatwerk gelijk is, maar iets meer onderscheid had best gemogen.

De neus kennen we al van de sportieve ‘normale’ 207 versies, evenals het interieur. De 207 CC is iets gespierder dan zijn voorganger, wat hem goed staat. Zo zijn de wielkasten flink uit de kluiten gewassen. Op de flanken vinden we onder de stootstrips een sierlijke krul, die het zijaanzicht een sportief accent geeft. Dankzij de met 20 cm toegenomen lengte, kloppen de verhoudingen (vaak hét zwakke punt van een cabrio-coupé) een stuk beter. Het is natuurlijk puur persoonlijk, maar als geheel maakt de 207 CC een prima eerste indruk.

Het dak is een eigen ontwerp en dus niet meer, zoals bij de 206 CC, van de Franse specialist Heuliez. Volgens Peugeot omdat de betrouwbaarheid te wensen overliet. Het nog steeds tweedelige dak is nu volledig elektrisch te bedienen; bij de 206 moest je de boel altijd nog handmatig vergrendelen en ontsluiten. Je drukt simpelweg op een knop tussen de voorstoelen, wacht tot na 25 seconden het alles-okee-signaal op het dashboard verschijnt en klaar is Kees. Een ander nieuwtje is dat de kap nu ook rijdend kan worden bediend. Nou ja, tot een snelheid van 10 km/u, maar in de file kan dat het leven net even aangenamer maken.

Het interieur is krek eender als dat van de gesloten uitvoering. De gebruikte materialen zijn fraai en op de afwerking en bouwkwaliteit is helemaal niets aan te merken. Als optie is zelfs koeienhuid op het dashboard leverbaar – wat wil een mens nog meer? Iets meer binnenruimte dan in de 206 wellicht? Mooi, ook daaraan is gedacht. De 207 is in de breedte bijna 8 cm en in de hoogte een kleine 3 cm gegroeid. Zodoende gaat het er binnen allemaal net iets minder benauwd aan toe. Een balzaal is het nog altijd niet, maar je zit elkaar tenminste niet meer constant in het vaarwater.

Groter en ruimer betekent helaas ook zwaarder. In het ergste geval praat je over een gewichtstoename van ruim 250 kg. De 1.6 turbo bijvoorbeeld weegt bijna 1.400 kg. En dat is niet gering. De oorzaken: onder meer uitrusting en extra veiligheid (vijf airbags, ESP en vooral de bij een koprol automatisch omhoog klappende rolbeugels). Het gros van de kilo’s komt echter op het conto van de verstevigingen aan de carrosserie en het verminderen van de torsie. Wat dan ook weer goed is voor de botsveiligheid, maar dat terzijde. Aldus is 207 CC dertig procent stijver dan de 206 CC.

En dat voel je, want tijdens het rijden valt nergens een kraakje of siddering te bespeuren, ook niet op slecht wegdek en ook niet met geopende kap. Sterker, qua weggedrag is er nauwelijks verschil te voelen tussen een open en een gesloten dak – een prestatie van formaat. Keerzijde van de medaille is dat de (verstevigde) dorpels aan de hoge kant zijn, maar dat mag eigenlijk geen naam hebben voor superatleten als jij en ik.

Die extra centimeters in de lengte hebben er volgens Peugeot toe geleid dat de 207 CC een volwaardige vierzitter is geworden; een opmerking die tijdens de persconferentie voor de nodige hilariteit zorgt. De Nederlandse importeur stelt zich een stuk bescheidener op en spreekt over een 2+2, maar zelfs dat is optimistisch. Het symbolische achterbankje is niet meer dan een teken van goede wil en hooguit geschikt voor een paar weekendtassen.

Bij de introductie zijn alleen de 1.6 16V THP met 150 pk en de 110 pk sterke 1.6 16V HDiF beschikbaar. De 1.6 16V VTi, met 120 pk en als optie een sequentieel te bedienen automaat, is niet aanwezig.

De zit achter het stuur is in ieder geval uitstekend. Ten opzichte van de 206 staan de stoelen een paar centimeter lager, waardoor je minder het gevoel hebt ‘op de bok’ te zitten, erg prettig. Het stuur is misschien wat aan de grote kant, maar dat is muggenzifterij, net als zeuren over de alleen met de contactsleutel te openen achterklep en de ver weg zittende gordels. Tijd om de kap te laten zakken. Dat gaat soepel en geruisloos, omdat de hydraulische pomp in de kofferbak onder het reservewiel is weggewerkt.

De EP6DT-benzinemotor, waar ik mee begin, is ontwikkeld in samenwerking met BMW en vinden we ook terug in de nieuwe Mini. Het blok is voorzien van de modernste snufjes, zoals een twin scroll turbocompressor (THP staat voor Turbo High Pressure), directe inspuiting en continu variabele kleptiming (bij BMW bekend als Valvetronic). Het resultaat: 150 pk en 240 Nm. Vooral dat laatste is indrukwekkend, niet in het minst omdat het al bij 1.400 toeren beschikbaar is.

Deze mooie techniek maakt van de 207 CC een lekker vlotte auto. Het blok maakt graag toeren en trekt tamelijk gemakkelijk door tot 190 km/u, zodat de opgegeven topsnelheid er wel in zal zitten. Maar toch, echt ademstokkend wil het allemaal niet worden. Op papier is een sprintje van 0-100 in minder dan 9 tellen en een top van 210 km/u helemaal niet verkeerd, maar in de praktijk blijken de zaken wat meer genuanceerd te liggen. Het motorblok heeft simpelweg een forse kluif aan de 1.4 ton die moet worden meegesleurd.
Het minder felle optreden zou nog zo erg niet zijn als het stuurkarakter tot inspirerende dingen zou uitnodigen, maar ook dat is helaas niet het geval. Met de wegligging is niks mis, laten we dat voorop stellen, want de 207 CC is – dankzij het puike onderstel en de stijve koets – op bochtige wegen nauwelijks van zijn stuk te brengen. Hooguit is er wat onderstuur, maar dat komt niet als een verrassing. Nee, de grote spelbederver is de elektrische stuurinrichting. De auto stuurt lekker direct, maar je hebt nimmer het gevoel dat je precies weet wat zich onder de voorwielen afspeelt. Waardoor je ongewild toch wat rafelige lijnen begint te rijden. Bovendien is de bekrachtiging bij lage snelheden veel te sterk. Eenmaal op snelheid valt het allemaal wel mee, maar daar is dan ook alles mee gezegd.

Is de diesel beter? Ja en nee. Om met het laatste te beginnen: de stuurbekrachtiging is zo mogelijk nóg lichter dan bij het benzinebroertje. Met open kap hoor je, als je langzaam rijdt, altijd wat dieselgenagel, wat niet bijdraagt aan een rijk cabrio-gevoel. Maar de zelfontbrander onder de motorkap is wel een hele fijne. Hij heeft ‘slechts’ 110 pk, maar is heerlijk soepel en maakt de 207 CC tot een fantastisch relaxte cruiser.

Gaat Peugeot inderdaad nieuwe verkooprecords vestigen met de 207 CC? Ongetwijfeld. De CC-markt lijkt nog altijd niet verzadigd en de 207 is overtuigend beter dan zijn voorganger. Het is echter alles behalve een ‘rijdersauto’, met als zwakste schakel de besturing. Daar moet een merk met zo veel autosporthistorie toch een betere oplossing voor kunnen vinden De Peugeot 207 CC is verkrijgbaar vanaf € 27.500.

(Dit artikel verscheen eerder in Auto & Tuning)