Land Rover Defender Octa
Om te laten zien dat de New Defender nog altijd oppermachtig is, creëerde Land Rover volgens eigen zeggen ’s-werelds snelste terreinwagen: de Octa. Wij reden met deze 635 pk-sterke geweldenaar.
De Land Rover Defender was van oorsprong een rauw en rudimentair stuk gereedschap: onverzettelijk op elke ondergrond, wars van welke modegril dan ook. Comfort was non-existent, vorm volgde functie. Geen flauwekulletjes. Voor mannen (m/v/x) met haar op de borst. In die hoedanigheid hield hij 70 jaar (zeventig!) het hoofd boven water, totdat het echt niet meer ging en wet- en regelgeving hem de das om deden. Plus de veranderde clientèle, die in de loop der jaren steeds draagkrachtiger werd en steeds vaker zijn toevlucht nam tot minder Spartaanse alternatieven. Luxe en imago werden belangrijker aankoopargumenten dan archaïsche offroad-capaciteiten.
Aldus zag in 2019 de New Defender het licht: alles nieuw, voorzien van de modernste technieken en materialen en upmarket gepositioneerd. Imago en het krijgshaftige uiterlijk deden de rest. Qua verkopen kon Land Rover zich geen succesvollere rentree wensen, ware het niet dat de nieuwe Defender vooral werd gezien in villawijken en bij sterrenrestaurants. Goed voor Land Rovers bedrijfsresultaten, maar het ontstane beeld dat de Defender niks meer was dan de zoveelste hippe SUV, begon bij zijn trotse makers toch te steken. Tijd om een punt te maken.
De opdracht was simpel genoeg: creëer de snelste terreinwagen ter wereld, zowel op verharde als onverharde ondergrond. Na drie jaar ontwikkelen werd het resultaat vorige zomer gepresenteerd: de Octa. Of zoals de Britten hem zelf omschrijven: ‘het nieuwe vlaggenschip van avonturenmerk Defender’*. Octa is trouwens een afkorting van octaëder, een meetkundige vorm die ook de diamant kenmerkt. En die edelsteen is niet alleen bijzonder kostbaar en exclusief, maar vooral ook oersterk – kwalificaties die ook op deze über-Defender van toepassing zijn.
Tot voor kort – want inmiddels niet meer leverbaar – was de snelste Defender de P525. Die haalde uit zijn vijfliter V8 met supercharger 525 pk en 610 Nm, waarmee je in 5,2 seconden op de 100 zat. Indrukwekkend, maar voor de Octa moest het beter. En dus huist nu onder de motorkap de 4.4 liter V8 twinturbo uit de BMW M5, die is gekoppeld aan een achttraps automatische ZF versnellingsbak. Dankzij mild-hybrid-techniek goed voor 635 pk en 750 Nm. Van 0 naar 100 km/u in 4 seconden, topsnelheid 250 km/u. En dat met een vijf meter lang, twee meter hoog en twee meter breed vakantiehuisje van 2.585 kg…
Om dat vermogen bruikbaar op de weg te krijgen, kreeg de Octa het 6D Dynamics-onderstel van de Range Rover Sport SV. Luchtvering en kruislings met elkaar verbonden semi-actieve schokdempers zorgen ervoor dat het in- en uitveren van elk wiel onder alle omstandigheden geoptimaliseerd wordt. Als alle wielen los van de grond zijn, bereidt het systeem de ophanging alvast voor op de landing.
Voor maximale slagkracht in het terrein staat de Octa drie centimeter hoger op de poten dan de core-Defender – zoals Land Rover de reguliere 4×4 noemt – en heeft hij een zeven centimeter grotere spoorbreedte en tien centimeter grotere wieluitslagen. Verder heeft de Octa unieke cardanassen, aandrijfassen met een grotere diameter, versterkte differentiëlen, een bodemplaat van hard composietmateriaal en zijn alle bevestigingspunten verstevigd. Waterpartijen tot een meter diep behoren nu tot de mogelijkheden. Aan de voorkant vinden we 400 mm remschijven en Brembo remklauwen met zes zuigers, achter meten de schijven 365 mm. Je zou er zo de Dakar-rally mee kunnen rijden; iets wat Land Rover komende editie dan ook gaat doen.
De uiterlijke wijzigingen zijn even subtiel als doeltreffend. Het dak en de achterdeur zijn gespoten in hoogglans zwart. Er zijn zwarte wielkastverbreders en vier uitlaten, en de voorbumper kreeg een grote luchtinlaat. Zowel voor als achter zijn er koperkleurige haken om jezelf uit een onverhoopt onmogelijke positie te kunnen laten slepen of lieren.
Standaard staat de Octa op 22-inch wielen met sportieve Michelin Primacy All Season straatbanden, maar wij zouden zonder meer de optionele 20-inch wielen met Goodyear DuraTrac Wrangler terreinbanden aanvinken. Die kosten ruim € 7.000; voor normale stervelingen een hoop geld, maar wisselgeld voor wie in dit prijssegment winkelt. En wat staat het hem fantastisch. De lagere G-krachten op asfalt nemen we dan graag voor lief.
Het interieur kreeg al even bescheiden aanpassingen. Begrijpelijk, want de Defender-leefruimte is van zichzelf al fraai genoeg. De gebruikte materialen zijn nét een tandje voornamer, de schakelflippers achter het stuur zijn doorzichtig en wie met alle geweld wil (wij zouden het achterwege laten), kan opteren voor chopped carbon fibre accenten (meerprijs € 4.285). Het centrale 13,1-inch aanraakscherm werkt voortreffelijk, met fraaie graphics bovendien, maar de menustructuur is complex, weinig intuïtief en soms zelfs ronduit onhandig. Het Meridian Surround Sound audiosysteem is dan weer onovertroffen.
Nieuw zijn de zogeheten Body & Soul voorstoelen, die – dankzij zes massageprogramma’s – de door u gekozen muziek ook voelbaar maken. Onder het hart van het stuur prijkt de (verrassend goedkoop aanvoelende) Octa-knop, maar als u het de sportknop wilt noemen, hebben wij daar geen bezwaar tegen. Die activeert de Dynamic-modus, waarmee de besturing, het gaspedaal, de ophanging en het uitlaatgeluid op scherp worden gezet.
Rijden met de Defender Octa – die overigens alleen als ‘medium’ 110 leverbaar is en dus niet als korte 90 of verlengde 130 – is zonder meer een bijzondere ervaring. Vorstelijk hoog gezeten kijkt u neer op de werkende klasse, terwijl u zich verzekerd weet van overvloedig vermogen om u uit de voeten te maken wanneer de omstandigheden daar om vragen. Hoog op de troon kent echter ook zo zijn nadelen. Waar het voetvolk gedachteloos elke parkeergarage binnenrijdt, bent u koortsig op zoek naar het bord met de maximale doorrijhoogte. Om vervolgens te ontdekken dat ook déze herberg voor u gesloten blijft. Twee meter hoogte is echt heel veel, waarmee maar gezegd wil zijn dat het leven van een royalty heus niet altijd over rozen gaat. Dáár hoor je de proletariërs dan weer niet over.
De eerlijkheid gebiedt ons te zeggen dat wij met de Octa niet van de gebaande paden zijn afgeweken. Over zijn offroad-kwaliteiten kunnen wij dan ook niets zeggen. We hebben echter geen enkele reden om te twijfelen aan de beloften van de fabriek. Het blijft een Defender immers en noblesse oblige. Maar ook op glad asfalt toonde de Octa zijn kwaliteiten. In default-setting is de initiële gasaanname tamelijk loom en zijn versnellingsbak- en demperkarakteristiek vooral gericht op rust en comfort, wat niet per se heel prettig is, maar met de Octa-modus geactiveerd komt het beest tot leven en valt alles op zijn plek. De V8 hangt dan aan het gas als een pitbull aan een stok en zorgt voor ademstokkende prestaties. Verwacht geen sportwagenachtig weggedrag, maar de besturing is voor Defender-begrippen bijzonder direct en onderstuur blijft lang achterwege. Je kunt de Octa echt ontaard hard de bocht om gooien, wat steeds weer goed is voor een grijns die amper tussen de A-stijlen past. Dat je met die rijstijl blij mag zijn met een verbruik van 1 op 5, zal u niet verbazen, maar met enige terughoudendheid is 1 op 8 ook mogelijk. Voor wat het waard is.
De Land Rover Defender Octa is verkrijgbaar vanaf € 283.397. Kruis wat opties aan en je doorbreekt zomaar de 300K-grens. Voor dat geld heb je ook een Mercedes G 63 AMG, een Bentley Bentayga, een Aston Martin DBX, een grote Range Rover, de duurste Maserati Levante of de goedkoopste Lamborghini Urus. De keuze is reuze. Werden wij gedwongen drie ton stuk te slaan op een prestige-SUV, dan kozen wij zonder aarzelen de Octa. Omdat understatement altijd te prefereren is boven Enzo Knol. Overigens is er al een Defender vanaf € 93.516.
* De naam Defender geldt voortaan als zelfstandig merk. Officieel heet de auto dan ook Defender Octa by Land Rover.
(Dit artikel verscheen eerder op Advocatie.nl)