BMW i5 eDrive40
Afgelopen zomer introduceerde BMW de achtste generatie van de 5-serie. Eind vorig jaar werd daar een volledig elektrische variant aan toegevoegd. Wij reden met deze i5.
In 1972 zag de eerste ‘vijf’ het levenslicht: een forse sedan voor het hogere zakelijke segment. Het echte commerciële succes werd echter pas in 1988 ingezet, met de komst van de derde generatie. Die E34 (zoals de fabriekscode luidde) zette qua rijeigenschappen nieuwe maatstaven en werd op dat gebied de benchmark voor alle concurrenten. De rest is geschiedenis, zoals dat heet, want de 5-serie is sindsdien een vaste waarde op de short list van managers en overige leden van het middelhoge echelon. Rij je een ‘5’, dan heb je het gemaakt. Geen wonder dat er inmiddels ruim tien miljoen van zijn verkocht.
En nu zijn we dus aanbeland bij de achtste generatie, die verkrijgbaar is als benzine (520i), als diesel (520d), als plug-in hybride (530e en 550e) en als EV. The power of choice, zoals BMW het zelf noemt. En ja, de komst van een M5 is al aangekondigd. Wij reden de – in onze ogen – meest interessante uitvoering: de volledig elektrische i5. Want ‘elektrisch’ is nu eenmaal de (opgelegde) toekomst en steeds meer bedrijven schrijven voor dat hun medewerkers iets leasen met een accu. Verantwoord ondernemen en carbon footprint en zo. In hoeverre dat in de nabije toekomst – gezien de aangescherpte bijtellingsregeling (22% in 2026), het afschaffen van de vrijstelling motorrijtuigenbelasting, de explosief gestegen energiekosten, het overbelaste stroomnetwerk en de bij de fiscus levende vraag of de in de kantoorparkeergarage getapte stroom moet worden gezien als belastbaar loon – houdbaar blijft, is koffiedik kijken, maar dat geheel terzijde.
De nieuwe 5-serie is groot – laten we er geen doekjes om winden. Hij is 5,1 meter lang, 1,9 meter breed en 1,5 meter hoog. Dat zijn exact dezelfde maten als de vorige 7-serie. Hij is ook zwaar: zelfs de lichtste uitvoering legt zonder passagiers al 2,1 ton in de schaal. Voor het juiste perspectief: eerdergenoemde E34 was 800 kg (!) lichter en 40 cm korter. De prijs van de vooruitgang. En alle hedendaagse technieken en kunstgrepen ten spijt: de morbide obesitas en grootheidswaan waar de moderne auto pathologisch aan lijdt (hetgeen ons in meerdere opzichten grote zorgen zou moeten baren), laten zich ook bij de i5 niet wegfilteren. Je bent je er permanent van bewust met een joekel van een auto onderweg te zijn. Is dat bewustzijn enigszins vervaagd, dan wordt je er tijdens fileparkeren weer pijnlijk aan herinnerd. Of in nauwe straatjes. Of in parkeergarages, die – om allerlei praktische en economische redenen – nog altijd ingericht zijn op auto’s van twee, drie decennia geleden.
Maar is de i5 eenmaal geparkeerd, dat stáát er ook wel wat. BMW is de afgelopen jaren zoekende naar een nieuwe designtaal. De woest experimentele, trial and error-achtige benadering leidde tot soms huiveringwekkende resultaten, maar inmiddels lijken de ontwerpers weer bij zinnen en zijn de esthetische excessen vooral iets om later over te lachen. Het onlangs gepresenteerde bloedmooie studiemodel Vision Neue Klasse heet de voorbode te zijn van het nieuwe BMW-gezicht en die toekomst kan wat ons betreft niet snel genoeg beginnen.
De i5 zweeft in dat opzicht een beetje tussen twee werelden. Hij is niet zo megalomaan vormgegeven als zijn grote elektrische broer i7, maar is ook geen toonbeeld van terughoudendheid. En dat staat hem voortreffelijk. Toegegeven, het ontwerp heeft tamelijk eclectische details en is niet overal even evenwichtig, maar onder de streep resulteert een krachtig, zelfbewust en ‘duur’ voorkomen, waar weinigen aanstoot aan zullen nemen. BMW zelf noemt het ‘een frisse interpretatie van het kenmerkende, elegante, sportieve ontwerp’ en daar sluiten wij ons bij aan.
De i5 is leverbaar in twee uitvoeringen. Instapper is de achterwiel aangedreven eDrive40, voorzien van één elektromotor (340 pk, 0-100 km/u in 6,0 seconden, topsnelheid 193 km/u) en een theoretische actieradius van 582 km. Daarboven staat de M60 xDrive: vierwiel aangedreven, twee elektromotoren, 601 pk (3,8 sec, 230 km/u) en een WLTP-bereik van 516 km. Beide versies hebben een lithium-ion accupakket van 84,4 kWh en kunnen snelladen met maximaal 205 kW. Later dit jaar verschijnt er ook een stationcar (zoals altijd bij BMW ‘Touring’ geheten).
Het interieur is zoals je in deze prijsklasse mag verwachten, met mooie (veganistische) materialen, heerlijke stoelen, een voortreffelijke afwerking en touch screens per strekkende meter. Minpuntje is de enorme middentunnel; een logisch gevolg van één carrosserievorm voor alle aandrijfvormen. Bij de ‘fossiele’ varianten gaan daar de versnellingsbak en de cardanas onder schuil. De consequenties van die keuze zie je ook in de kofferruimte. Die is met 490 liter inhoud toereikend genoeg, maar eigenaren met een verbrandingsmotor onder de motorkap hebben 30 liter méér tot hun beschikking.
Qua rijeigenschappen stelt de i5 eDrive40 niet teleur. Verwacht echter geen sportwagenachtige toestanden, want daarvoor is hij te groot en te zwaar, en ontbreekt het hem aan vermogen. Hij is vlot genoeg, maar de echte punch ontbreekt. Daar staan echter een heerlijk informatief onderstel en dito stuurinrichting tegenover (hoewel de elektrische stuurbekrachtiging bij lage snelheden wel érg licht gaat) en dat maakt veel, zo niet alles goed. Als snelwegcruiser zijn er weinig betere te vinden. Houdt overigens in dat verband rekening met een daadwerkelijk bereik van zo’n 450 kilometer. Dit om teleurstellingen te voorkomen. De BMW i5 is verkrijgbaar vanaf 77.565 euro.
(Dit artikel verscheen eerder op Advocatie.nl)