BMW X4 30i xDrive
De BMW X4 begon zijn leven min of meer als experiment. Vier jaar na zijn introductie heeft de markt laten zien dat er grote behoefte bestaat aan deze Sports Activity Coupé. En dus kwam er een opvolger. Advocatie reed met de volledig nieuwe X4, die vooral moet concurreren met de Mercedes GLC Coupé.
Proefballonnetjes (al dan niet biologisch afbreekbaar): wie is er niet groot mee geworden? Niet alleen in de politiek worden ze regelmatig opgelaten, ook de auto-industrie bezondigt zich eraan. Want een niche bestaat pas als de verkoopcijfers dat uitwijzen. In 2000 bracht BMW de X5 op de markt; met de kennis van nu een tamelijk recht-toe-recht-aan SUV, maar destijds een schot in de roos. Nieuw geld ging er massaal mee aan de haal, wat in München de vraag opwierp of het concept niet breder kon worden uitgerold. Met een coupé-versie bijvoorbeeld. Ja, dat zou er wat vreemd uitzien, maar ‘niche’, dus het proberen waard. En zo verscheen in 2008 de X6. De goede smaak volledig voorbij, maar dankzij een nieuwe benaming (Sports Activity Coupé) wist BMW het gedrocht toch een zweem van legitimiteit te geven. De verkoopcijfers deden de rest. De X6 bleek een rain maker van de eerste orde en dan doet het er niet meer toe of de smaakpolitie het gelijk aan zijn zijde heeft. Vraag het maar aan Dave Roelvink.
Natuurlijk leidde het succes van de X6 er toe dat men in Beieren om zich heen begon te kijken of het trucje niet met een ander model kon worden herhaald. Een coupé-X3? Waarom niet? Maar voorzichtigheid is nu eenmaal de moeder van de porseleinkast, en omdat nog niet helemaal duidelijk was of de X6 een one-hit-wonder was of niet, besloot men niet al te hard van stapel te lopen. Met een tamelijk beperkt budget werd een X3 met aflopende daklijn in elkaar gesmurft, die in 2014 onder de naam X4 het levenslicht zag. De nieuweling was in esthetisch opzicht even huiveringwekkend als de X6, maar wist desondanks 200.000 kopers te vinden. Waarmee hij op overtuigende wijze het experimentele jasje van zich afschudde. Missie geslaagd. De ontwikkeling van zijn opvolger, die afgelopen zomer aan de pers werd voorgesteld, mocht dan ook wat kosten.
Dat die herziene X4 eraan kwam, lag trouwens in de lijn der verwachtingen. Vorig jaar beleefde de geheel vernieuwde X3 zijn introductie en vanaf dat moment was het slechts een kwestie van geduld. De nieuwe X4 wijkt sterker af van de X3 dan voorheen en is 3 mm lager dan zijn voorganger, zo’n 8 cm langer en bijna 4 cm breder. De wielbasis groeide met 5,4 cm en het gewicht nam met 50 kg af. Minstens zo belangrijk: het uiterlijk is er met sprongen op vooruit gegaan. Maar waar BMW de goede smaak heeft gehad de achterzijde veel harmonieuzer vorm te geven, zijn helaas de nieuwe, idioot grote nieren in de grille ook tot de X4 doorgedrongen. Niet zo megalomaan als bij de onlangs geïntroduceerde X7, die in dat opzicht echt alle schaamte voorbij is, maar dat is slechts een schrale troost. Het nieuwe familiegezicht is ongetwijfeld tot stand gekomen met grootafnemer China in het achterhoofd, maar wat ons betreft schurkt het hier, in Europa, tegen het sociaal onacceptabele aan.
Dat gezegd hebbende, moet worden vastgesteld dat de X4 bepaald een indrukwekkende verschijning is. Hij is bijna 20 cm korter dan een 5-serie Touring, maar voelt veel groter aan, wat met name wordt veroorzaakt door zijn forse breedte van ruim 1.90 meter (5 cm meer dan een 5-serie) en de onoverzichtelijke carrosserie. Krappe parkeergarages verworden daarmee tot een uitdagende en avontuurlijke omgeving, en dat is wel iets om rekening mee te houden. Om de visuele impact wat evenwichtiger te maken, zouden wij u de optionele 21-inch wielen (± € 2.200) ten zeerste aanbevelen. Standaard wordt de X4 – afhankelijk van de motorisering – geleverd met 18- of 20-inch, maar dat doet hem geen recht.
Alle X4’s zijn voorzien van xDrive-vierwielaandrijving, de fijne 8-traps automatische Steptronic versnellingsbak, Hill Descent Control, het M Sport-onderstel en LED-koplampen. Er is keuze uit drie benzinemotoren (184-360 pk) en vier diesels (190-326 pk). Het merendeel geblazen 2.0 viercilinders, alleen de topuitvoeringen (de M40i, de 30d en de M40d) hebben een drieliter zes-in-lijn met turbo.
Wij reden de middelste benzinemotor (de 30i) met 252 pk en 350 Nm. Goed voor een topsnelheid van 240 km/u, de sprint van 0-100 km/u in 6,3 seconden en een opgegeven gemiddeld verbruik van 1:13,6. En waarmee u nuchter beschouwd natuurlijk prima bediend bent. Maar als Bruin het kon trekken, zouden wij zonder enige aarzeling kiezen voor een zescilinder, ongeacht de brandstofsoort. Met BMW’s zespitters zit u permanent met een brede glimlach achter het stuur, genietend van de zijdezachte luxe onder de motorkap, terwijl de 2.0 eigenlijk vooral het zielloze predikaat ‘adequaat’ verdient. De prestaties zijn toereikend genoeg, maar het ontbreekt de tweeliter ten enenmale aan sportiviteit en – vooral – een inspirerend motorgeluid, waardoor het geheel toch wat schraal aanvoelt. En omdat je dit soort auto’s niet in de laatste plaats koopt om jezelf te verwennen, zouden wij u het volgende willen meegeven: staar u vooral niet blind op de kille cijfers in de folder, maar ga – als de portemonnee het toestaat – rijden met beide motorconfiguraties. Wedden dat u dan meer gevoelsmens blijkt te zijn dan u in de boardroom wilt toegeven?
Aan het interieur zal het in ieder geval niet liggen. Dat is identiek aan de X3, van onberispelijke kwaliteit (had u anders verwacht?) en heerlijk ruim. Onze testauto was voorzien van prachtig zwart/rood leer (€ 1.228), dat zorgt voor net dat toefje Italiaanse flair waarvan je niet wist dat je het nodig had. Helaas dissoneerde het jammerlijk met de bijna brons-metallic lak aan de buitenzijde, maar die kleur was u toch al niet van plan aan te vinken.
De BMW X4 is verkrijgbaar vanaf € 62.995, maar houd er rekening mee dat daar nog een aanzienlijk bedrag bijkomt aan extra’s en accessoire-pakketten. De optielijst is even uitgebreid (45 pagina’s) als hebberigmakend, dus u bent gewaarschuwd. Het vlees is nu eenmaal zwak. Voor dat geld krijgt u dan een auto die weliswaar tamelijk afstandelijk aanvoelt en u nimmer hartstochtelijk bij het rijden betrekt, maar waarin het wel heerlijk kilometers maken is. De X4 verzet nergens de piketpaaltjes en op de keper beschouwd is het nog steeds ‘gewoon’ een X3 met een andere jas, maar als die jas u aanstaat, is er geen reden te verzinnen waarom u die handtekening onder het orderformulier niet zou moeten zetten.
(Dit artikel verscheen eerder op Advocatie.nl)